Batterijlader Nordelettronica NE324_tvdl

BELANGRIJKE VEILIGHEIDSINSTRUCTIES – BEWAAR DEZE INSTRUCTIES

• Stel de batterijlader niet bloot aan regen. Alleen voor gebruik binnenshuis.
• De aansluiting op het elektriciteitsnet moet worden uitgevoerd volgens de nationale installatievoorschriften.
• Zorg ervoor dat het apparaat na installatie losgekoppeld kan worden van het elektriciteitsnet. Dit kan door de stekker bereikbaar te houden of door een schakelaar in de vaste installatie op te nemen conform de geldende installatievoorschriften.
• Voer geen onderhoud uit zonder eerst de 230 V-netspanning te hebben losgekoppeld.
• Trek altijd eerst de netspanning los voordat u de accu-aansluitingen aanbrengt of verwijdert.
• Controleer, voordat u de lader/voeding op een generator aansluit, of de geleverde spanning stabiel is.
• Bij beschadigde in- of uitgaande kabels of connectoren direct contact opnemen met een erkende servicedienst.
• Houd aan beide uiteinden van de lader minimaal 30 mm vrije ruimte. Installeer de lader op een droge, goed geventileerde plaats. Blokkeer nooit de ventilatieopeningen in het deksel.
• Loodzuuraccu’s produceren tijdens het laden explosieve gassen: voorkom open vuur en vonken en zorg voor goede ventilatie van de accu-opstellingsruimte.
• Probeer nooit andere typen oplaadbare of niet-oplaadbare accu’s op te laden; deze kunnen exploderen en ernstig persoonlijk letsel en materiële schade veroorzaken.
• Gebruik de lader/voeding nooit in een omgeving waar explosiegevaar bestaat.
• Bij het opladen van auto-accu’s: – Sluit eerst de pool aan die niet met het chassis is verbonden. – Maak de tweede verbinding op het chassis, ver verwijderd van de accu en de brandstofleiding. – Sluit daarna pas de lader aan op het elektriciteitsnet. – Na het laden eerst de lader van het net halen, daarna de chassis-aansluiting verwijderen en tot slot de accupool losmaken.
• Dit apparaat mag worden gebruikt door kinderen vanaf 8 jaar en door personen met verminderde lichamelijke, zintuiglijke of geestelijke vermogens of met gebrek aan ervaring/kennis, mits onder toezicht of nadat zij duidelijke instructies hebben gekregen over veilig gebruik en de daarbij behorende gevaren begrijpen. Kinderen mogen niet met het apparaat spelen. Reiniging en onderhoud door de gebruiker mogen niet zonder toezicht door kinderen worden uitgevoerd.
• Deze handleiding in een alternatief formaat kan worden opgevraagd via: assistenza@nordelettronica.it.

BELANGRIJKE VEILIGHEIDSINSTRUCTIES – BEWAAR DEZE INSTRUCTIES

TECHNISCHE SPECIFICATIES

AANSLUITINGEN

• Ingang 230V: AMP Mate-N-Lok connector
• Uitgangen 12V: Mannelijke faston-terminal 6,3 mm
• Aansluiting temperatuursensor en datalijn JP5: Vrouwelijke 4-polige MOLEX MINI-FIT JR-connector met mannelijke terminals (gebruik mannelijke MOLEX MINI-FIT JR met vrouwelijke terminals)
• Aansluiting tankniveausensor JP9: Vrouwelijke 6-polige MODU2-connector met mannelijke terminals (gebruik mannelijke MODU2 met vrouwelijke terminals)

BESCHERMINGEN

• Ingangszekering: 4A 250V vertraagd (interne zekering)
• Bescherming tegen overspanning ingang: Ja
• Bescherming tegen ompoling: Ja
• Bescherming tegen kortsluiting: Ja
• Bescherming tegen overbelasting: Ja
• Bescherming tegen overspanning uitgang: Ja
• Bescherming tegen oververhitting lader: Ja
• Bescherming tegen oververhitting accu: Ja (bij aangesloten NTC-sensor 10K@25 B3977)
• F1 Zekering uitgang KOELKAST: 30A
• F2 Zekering uitgang AUX: 20A
• F3 Zekering uitgang LIJN 12V: 15A
• F4 Zekering uitgang LIJN 12V – POMP: 15A
• F5 Zekering uitgang BUITENVERLICHTING: 5A

BELANGRIJKE INSTRUCTIES

• Als de batterijlader niet geïnstalleerd en gebruikt wordt volgens deze instructies, kan hij beschadigd raken of letsel veroorzaken bij de gebruiker.
• De aansluiting van de voeding/batterijlader moet uitsluitend door gespecialiseerd technisch personeel worden uitgevoerd.
• Plaats de batterijlader niet direct boven of onder de te laden accu; gassen of vloeistoffen van de accu kunnen de lader aantasten.
• Vermijd het opladen van een bevroren accu.
• Om het risico op letsel te verminderen, laad alleen lood-, AGM- of gel-accu’s op (zorg ervoor dat de geselecteerde laadcurve geschikt is voor het type accu).
• Bestudeer alle specifieke voorzorgsmaatregelen van de accufabrikant, zoals het verwijderen of niet van de celdeksels tijdens het laden en de aanbevolen laadparameters.
• Sluit het apparaat niet aan op netspanningen die afwijken van de nominale waarde.
• Het oppervlak van de batterijlader kan warm worden tijdens en na het laden.
• Breng geen wijzigingen aan in het apparaat of de bedrading van de batterijlader.
• Probeer de batterijlader niet te openen. Er bestaat risico op elektrische schok, zelfs als de lader is losgekoppeld. Binnenin zijn geen onderdelen die door de gebruiker gerepareerd kunnen worden.
• De garantie vervalt bij oneigenlijk gebruik van het apparaat en de fabrikant aanvaardt geen aansprakelijkheid voor schade aan zaken of personen.

BESCHRIJVING

De NE324 is een specifieke voeding voor de caravansector. Hij kan ook als batterijlader fungeren en is ontworpen om lood-, gel- en AGM-accu’s op te laden met een nominale spanning van 12V en een capaciteit die geschikt is voor de laadstroom (controleer de compatibiliteit van de maximale laadstroom met de technische fiche van de accu die u wilt aansluiten voor gebruik).

VOEDINGSMODUS De NE324 werkt als voeding wanneer er 230V netspanning aanwezig is, maar er geen service-accu geïnstalleerd of aangesloten is. In deze modus is de uitgangsspanning vast op 13,5V met een maximale stroom van 19A (max. 260W).

LADERMODUS Als de service-accu aangesloten is op J2 en J26, werkt de NE324-module als batterijlader. Het apparaat gebruikt een combinatie van constante stroom (CC) en constante spanning (TC). Dit vermindert de laadtijd aanzienlijk zonder de accu’s te beschadigen. De lader begint met laden op CC totdat de accu een spanning van Voc bereikt, waarna hij overschakelt naar TC. In deze fase levert het apparaat een constante spanning van Voc/Vf, de laadstroom daalt geleidelijk en de accu kan permanent aangesloten blijven zonder risico op schade. WAARSCHUWING: Bij installatie van een hulpaccu moet het positieve kabel beschermd worden met een zekering van 30/40A en het sense-kabel van de accu (+ sense) met een zekering van 1A.

13-POLIGE STEKKER IN HET VOERTUIG Het hele systeem werkt op de voertuigaccu. Let op: in deze speciale situatie de verbruik tot het minimum beperken om problemen met het starten van het voertuig te voorkomen. Als er een service-accu aanwezig is of 230V netspanning, ontkoppelt het apparaat de voertuigaccu en worden de verbruikers gevoed met 12V van de service-accu of de voeding. Als de motor van het voertuig draait, schakelt het apparaat de buitenverlichting uit en activeert het koppelrelais, waardoor de service-accu via de alternator opgeladen kan worden.

13-POLIGE STEKKER NIET IN HET VOERTUIG Het hele systeem werkt op de service-accu (indien geïnstalleerd) of op de voeding als er 230V netspanning aanwezig is.

VERVANGEN VAN UITGANGSZEKERINGEN Een overbelasting of kortsluiting in een van de uitgangscircuits kan de bijbehorende beschermingszekering doen doorslaan, wat aangegeven wordt door het oplichten van de indicatielamp (rode lamp) nabij de doorgebrande zekering. Om de zekeringen te vervangen, ontkoppel de netvoeding van de batterijlader, vervang de defecte zekering door een van dezelfde waarde en sluit de netvoeding weer aan.

BESCHERMING TEGEN OVER- OF ONDERSPANNING OP 230V NET De NE324-module integreert een elektronisch systeem dat de lader beschermt tegen overspanningen of onderspanningen op het net en activeert in deze gevallen: BESCHERMING TEGEN OVERSPANNING: Treedt op als de netspanning boven 277V komt; het systeem reset automatisch als de spanning onder 263V daalt. Aangegeven door 2 knippers van de rode LED in de lader. BESCHERMING TEGEN ONDERSPANNING: Treedt op als de netspanning onder 170V daalt; het systeem reset automatisch als de spanning boven 180V stijgt. Aangegeven door 1 knipper van de rode LED in de lader.

AANSLUITING DATA BUS JP5 De NE324-module is voorzien van een DATA BUS-communicatie-interface die aansluiting van externe apparaten mogelijk maakt. Op de databuss kunnen een bedieningspaneel en een 230V-relaismodule aangesloten worden.

AANSLUITING TANKNIVEAUSENSOR JP9 De NE324-module heeft een ingang JP9 voor de niveausensor van de tank op 4/4; het niveau wordt weergegeven op het aangesloten bedieningspaneel.

BEHEER RELAIS RE4 – RE5 De uitgangen RE4 (buitenverlichting) en RE5 (pomp) kunnen alleen bediend worden als een bedieningspaneel aangesloten is op de databuss. Zonder bedieningspaneel zijn de relais altijd ingeschakeld.

VERMINDEREN RELAISVERBRUIK Alleen zonder bedieningspaneel kunnen de relais RE4 en RE5 uitgeschakeld worden om het verbruik te verminderen. Maak een kortsluiting tussen pinnen 1 en 2 van connector JP9 (tankverbinding) om RE5 (pomp) uit te schakelen en tussen pinnen 1 en 3 om RE4 (buitenverlichting) uit te schakelen. Het verbruik van de NE324-module van de service-accu met uitgeschakelde relais daalt van 100mA naar 16mA.

(Voc Vf

IB)

GARANTIE

NORDELETTRONICA erkent een garantieperiode van 2 (twee) jaar. Uitgesloten van garantie zijn defecten of schade veroorzaakt door:

• Onjuist of ongeschikt gebruik van het product of gebruik voor een ander doel dan normaal voorzien, zonder naleving van de gebruiksaanwijzing.
• Nalatigheid, onvoorzichtigheid of onkunde bij installatie en gebruik.
• Onderhoud en/of reparaties uitgevoerd door extern personeel of niet direct geautoriseerd door NORDELETTRONICA. In al deze gevallen wijst NORDELETTRONICA elke aansprakelijkheid af voor schade aan personen of zaken. Producten zonder recht op garantie of buiten garantie worden uitsluitend gerepareerd op kosten van de klant (verzend- en reparatiekosten).

NORDELETTRONICA S.r.l. 31018 Z.I. Albina di Gaiarine (TV) – Italië Viale delle Industrie 6A Tel. +39 0434 759420 www.nordelettronica.it

Model: NE324 – code 95.0001.201 rev.0